donderdag 1 januari 2009

tekst van december 2008

Het niemandsland of Het eenzame pad van het leven

Soms wil je iets vastgrijpen,je grijpt ernaar maar het glipt altijd van tussen je vingers weg. Tijd brengt raad maar zorgt ook voor lege handen die zich langzaam terug vullen. Maar voor je het weet zijn ze weer leeg.
Soms heb je je handen vol, maar voelt het als een heet ijzer, dat je snel weer wil loslaten. Soms smelt het vastgenomen ding weg, soms rot het, soms wordt het eruit gerukt, net op het moment dat je het eigenlijk zou willen koesteren, soms valt het maar is het onmogelijk terug op te rapen omdat het glibberig is, soms vliegt het weg en probeer je ernaar te springen om het terug te grijpen, maar je bent net niet groot genoeg er aan te kunnen, je zoekt naar oplossingen het terug te vatten, maar het verwijdert zich centimeter per centimeter verder van je weg… En niets kan het veranderen..Je blijft achter met lege handen, maar met een enorm vol hoofd, vol spoken die proberen je wandeling te belemmeren. Struikelen, vallen, opstaan. Soms blijf je na het struikelen even liggen omdat een appelflauwte de voortzetting van je tocht belemmert, het doet pijn. Soms loop je tegen een boom en blijf je met je kraag aan die boom hangen. Je probeert je los te rukken, maar je scheurt een stuk van je geheel en dat kapotte stuk moet hersteld worden. Soms is er die put… Die put kan bestaan uit drijfzand: je probeert er uit te geraken, maar je zakt dieper en dieper zonder naar adem te kunnen happen. Soms bestaat de put enkel uit zand, maar het is moeilijk er uit te geraken omdat je altijd opnieuw erin schuift en geen vat hebt en niets kan grijpen van ware substantie. Soms bestaat de put uit losse stenen. Je geraakt eruit maar niet zonder blutsen, want de stenen brokkelen op je hoofd. Soms is er die helpende hand die je een ladder aanreikt, maar dit enkel sporadisch, want op zo een momenten bevind je u in een niemandsland waar je er alleen voor staat: énkel symbolische objecten bestaan in dit land, voor de rest zand, stenen en stilte en af en toe betekenisvolle muziek die je helpt je te focussen op je odyssea of die je de concentratie even ontneemt en je zo terug in je put valt. Soms kan een stem je de tocht zwaarder maken. Eens je terug een sterkte hebt bereikt, kom je terug in je wereld, maar daar zie je niets anders dan mensen die elk hun eigen niemandsland bewandelen. Sommigen komen nooit meer terug en anderen komen terug als jij je in jouw niemandsland bent. Probeer dan maar eens een levensgezel te vinden die samen met jou die wegen wil bewandelen en er volledig toe in staat is je een ladder te geven, ondanks het feit dat je die niet nodig hebt, je kan het zelf wel. En dat is wat een mens nodig heeft: eigen kracht maar een hand die er is als steun, kracht en hulp. En als jij als niemands-landsbetreder de andere ook jouw hand reikt als hij zich in zijn niemandsland bevindt. Maar wees gewaarschuwd, soms kan je denken in de realiteit te leven, je voelt een roes van geluk, maar in feite leef je in een fata morgana van je niemandsland. Na je fata morgana word je dan wakker in je niemandsland, met een kater. Het niemandsland zit vol valstrikken, maar de realiteit ook. Bepaalde feiten wijzen op die valstrikken: een gevoel van leegte bijvoorbeeld… Leg je ook niet te snel neer in je niemandsland, blijf er niet liggen, ga door, want als je blijft liggen, komen er gieren, leeuwen en schorpioenen je aanvallen, die je ogen uitpikken, je vlees opvreten of je vol gif spuiten en zo geraak je geen stap meer verder en is het te laat. Dus stap verder en de zon zal schijnen eens je de duisternis van je pad in je niemandsland met fiere tred bewandeld hebt, wees er maar zeker van, dat de volgende keer je niemandsland er anders zal uitzien dan de laatste keer, maar vergeet nooit dat je de vorige keren altijd terug de zon zag schijnen.